In Onverslijtbaar zijn levendige gesprekken met Amsterdamse tachtigers bijeengebracht. Hun unieke en gedetailleerde herinneringen belichten een langzaam vervagend deel van het stadsverleden. Deze geschiedenissen brengen ons in alle delen van de stad, leiden ons langs verschillende milieus en beroepsgroepen. Zo is Max Harmsen (1932) ruim veertig jaar oppasser in Artis geweest, waar hij ook zijn vrouw leerde kennen in het slangenhuis. Paula Rietveld (1924), nicht van architect Gerrit en weduwe van Rob van Reijn, vertelt over haar eerste baantje bij de Bijenkorf en over haar oude vrienden Bert Schierbeek en Karel Appel. Het zijn deze verhalen uit de eerste hand die de geschiedenis van Amsterdam persoonlijk en tastbaar maken.