Bo is zo vrij als een vogeltje.
Ze heeft geen ouders en leeft op straat.
Op een dag wordt ze aangereden door
de chauffeur van de koningin.
Hij neemt haar mee naar het paleis en de koningin vindt Bo meteen geweldig!
Zon leuk speeltje heeft ze nog nooit gehad.
Bo wordt dikke maatjes met Pluisje, de koningspoedel. En het lijkt haar heerlijk om in de grote paleistuin te mogen voetballen.
Daarom zegt ze ja, als de koningin
haar vraagt te blijven logeren.
Veel meisjes dromen ervan om prinses te zijn.
Bo overkomt het echt.
Maar is dat wel zon sprookje?