Hoewel Nicolina Marie Sloot in 1874 nog maar 21 jaar oud was, had ze al naam gemaakt als succesvol schrijver. Ook al was dit niet onder haar eigen naam, maar onder haar pseudoniem Melati van Java. De autobiografische roman 'De jonkvrouw van Groenerode' die ze in 1874 schrijft, toont veel gelijkenissen met de omstandigheden die toen in omgeving Roermond golden én de omstandigheden in Indië, waar Melati is opgegroeid. 'De jonkvrouw van Groenerode' is één van haar eerste publicaties, later zou Melati nog vele titels produceren.
Nicolina Maria Sloot (1853–1927) werd op 13 januari 1853 geboren in Semarang (Java, Indonesië). In 1871 verhuisde haar familie naar Nederland, waar Nicolina's vader werk vond als onderwijzer. In Nederland begon Nicolina haar literaire carrière onder verschillende pseudoniemen: Mathilde, Melattie van Java en het iets subtielere Melati van Java. Het was in die tijd uitzonderlijk om als jong katholiek meisje te publiceren, waardoor zij ervoor koos om schuilnamen te gebruiken. Door de jaren heen ontwikkelde Nicolina zich tot een zeer succesvol auteur. Haar boeken waren populair: zo was in 1921 haar boek 'Hermelijn' het vaakst uitgeleende bibliotheekboek en kreeg ze als één van de eerste vrouwen het lidmaatschap tot de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde aangeboden (1893).