Tolstoj weet in Anna Karenina misschien nog meer dan in zijn andere boeken een ongelooflijk gevoel van 'realiteit' op te roepen. Zoals je bij een ouverture van Rossini het gevoel hebt dat je in de schouwburg zit en ieder ogenblik het doek op kan gaan, zo heb je ook een gevoel van lijfelijke aanwezigheid als Stiva Oblonski 's morgens aan zijn ontbijt een vers gedrukte liberale krant opent, als Vronski dat paard doodrijdt en als Anna in het donker voelt hoe haar eigen ogen…