«… Den Haag, 3 Sept.
Dag oorlogsverklaring. Voor het eerst in mijn leven voel ik neiging om een journaal te gaan houden1. Iedere lust tot definitief styleeren ontbreekt sedert het begin van de chantage met Polen, die Hitler heeft ondernomen. Zelfs geen lust in schrijven; typen is minder ‘litterair’.
Stemming in de afgeloopen dagen: wisselend van uur tot uur. Angst, onverschilligheid, woede, beschaming. Eén gevoel alles overheerschend: te blijven leven tot Hitler hangt. Dit zonder eenig bijgevoel van wraakzucht. Ik haat dat individu niet, ik veracht het niet eens, maar het moet worden uitgeroeid. Daarna kan men verder zien. Mijn eenige geloof, tot dusverre volkomen irrationeel: dat zulks gebeuren gaat, hoe dan ook. Als dit geloof gaat ontbreken, is ook de laatste reden om te leven verdwenen … »